Het geruzie tussen Nederland en Marokko over het sociale verzekeringsverdrag heeft op economisch gebied nauwelijks geleid tot slechtere verhoudingen. Dat zei minister Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel) aan het eind van haar bezoek aan dat land.
Beide landen sloten dinsdag overeenkomsten om samen op te gaan trekken in West-Afrika, en Nederland gaat Marokko adviseren over afvalinzameling en havenontwikkeling.
Handelsmissie met 20 bedrijven
Ploumen: ,,Over het sociale verzekeringsverdrag hebben we een verschil van inzicht, en ik heb het standpunt van Nederland nog eens toegelicht aan mijn collega van Industrie. Nederland en Marokko kennen elkaar al meer dan 400 jaar, dan zijn problemen als deze oplosbaar.”
Ploumen leidt een handelsmissie van een kleine twintig bedrijven door Noord-Afrika. Het is voor het eerst sinds Nederland in oktober eenzijdig bekendmaakte het sociale zekerheidsverdrag met Marokko op te willen zeggen, dat een Nederlandse minister het land bezoekt. Nederland wil de kinderbijslag en het weduwenpensioen van mensen die in Marokko wonen, verlagen.
‘Bedrijfsleven laat kansen liggen
In oktober dreigde de minister van Buitenlandse Zaken Salaheddine Mezouar dat het opzeggen niet zonder gevolgen zou blijven. Ploumen: ,,Maar we zijn met open armen ontvangen.”
De missie werd opgezet om de economische banden tussen Nederland en Marokko aan te halen. Marokko gaat de komende jaren vijf havens aanleggen of fors uitbreiden. Daar liggen mogelijkheden, zegt Ploumen. ,,Ik vind dat Nederlandse bedrijven kansen laten liggen.''
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl